Pantherophis Guttatus
Algemeen
De rode rattenslang (Pantherophis Guttatus) is een wurgslang die veel als huisdier wordt gehouden.
Rode rattenslangen zijn relatief gemakkelijk te houden, vrij stressbestendig en nauwelijks agressief.
Wetgeving
Je hebt geen vergunning nodig om dit dier te houden. Wel is het verstandig om administratie bij te houden, waar je het dier vandaan hebt. Een overdrachtsverklaring is een manier dit te handhaven.
Mocht je dit bij aanschaf van een dier niet krijgen, mag je hierom vragen.
Als je een rattenslang bij Dani's Corns koopt, krijg je deze erbij.
Hier op staan bijvoorbeeld gegevens van het aangeschafte slangetje, zijn genetische kenmerken en informatie over de ouders.
Uiterlijke kenmerken en Morphs
Rode rattenslangen zijn sierlijke, slank gebouwde wurgslangen die ongeveer 110 - 150 cm lang worden.
Slangen blijven hun hele leven doorgroeien, jonge slangen groeien harder dan volwassen dieren. Jonge slangen vervellen ongeveer een keer per twee maanden. Volwassen slangen soms maar een a twee keer per jaar.
In gevangenschap worden ze vaak tenminste 15 jaar oud, maar er zijn ook exemplaren die ouder dan 20 jaar zijn geworden.
De rode rattenslang is een van de meest gehouden slang in gevangenschap. Hij wordt dan ook een ´´beginnersslang´´ genoemd, dit betekend niet dat dit dier allen door beginnende hobbyisten gehouden wordt. Ook ervaren reptielenhouders hebben dit dier vaak in hun collectie.
Er zijn ontzettend veel verschillende kleuren en patronen, welke we morphs of kleurslagen noemen. Er zijn er inmiddels al honderden!
op http://iansvivarium.com/morphs/ kun je foto's zien van al die verschillende morphs. Deze site wordt constant bijgewerkt.
Verspreidingsgebied
Van oorsprong komt de rode rattenslang voor in het zuid/zuidoosten van de Verenigde Staten en in het Noorden van Mexico.
Hij leeft vooral in dennenbossen, maar wordt ook gevonden op landbouwgrond of in de maïsvelden. Vandaar de naar ´cornsnake´
wat in het Nederlands vertaald is naar ´korenslang´.
De rode rattenslang is een bodembewoner, de slang kan desondanks goed klimmen. Ze zijn vaak
ook in de nabijheid van water te vinden. Ze kunnen goed zwemmen, maar doen dat over het algemeen niet vrijwillig.
Ze zijn 's avonds en 's nachts het meest actief en jagen dan op knaagdieren en soms ook vogels. Daarbij maakt de rode rattenslang gebruik van het orgaan van Jacobson,
een reukorgaan dat in het monddak ligt.
Daarnaast gebruikt hij zijn gezichtsvermogen waarmee hij vooral goed bewegingen kan waarnemen.
Huisvesting (gevangenschap)
Rattenslangen leven alleen (solitair).
In gevangenschap worden ze regelmatig samen gehouden. Dit is tegen de natuur van de slang in, maar kan onder een aantal voorwaarden wel worden gedaan.
Houdt nooit mannen en vrouwen in hetzelfde terrarium, tenzij je wilt kweken met de dieren. Het grootste risico met beide geslachten in hetzelfde terrarium houden is, legnood bij een te jong vrouwtje. Ook kan het mannetje het vrouwtje lastig vallen met constant willen paren. Dit geeft enorm aanslag op haar lichaam.
Alleen mannen in het terrarium wordt niet aangeraden. Ze kunnen gaan vechten wat ze vaak in het paarseizoen doen. Ze kunnen elkaar dan flink verwonden met gebroken botten aan toe. Alleen vrouwen in het terrarium is dan beter aan te raden.
Zorg ervoor dat het verschil in grootte tussen dieren die samen gehuisvest zijn niet te groot is. Dit kan problemen zoals kannibalisme veroorzaken, wat tot het overlijden van beide slangen kan betekenen. Ook wordt stress bij slangen pas te laat opgemerkt. Vaak zijn niet eten of opbraken van de prooi en/of afvallen tekenen hiervan.
Het samen liggen dat rode rattenslangen vaak doen in een terrarium, heeft niks te maken met het gezellig samen liggen of elkaar opzoeken. Dit doen ze vaak omdat dat het beste en fijnste plekje is om te liggen. Slangen voelen zich het meest op hun gemak als ze alleen zijn. Dat ze elkaar tolereren wil niet zeggen dat ze het leuk vinden.
Het samen houden van verschillende soorten wordt sterk afgeraden. Omdat deze vaak andere vereisten hebben en/of risico's voor elkaar kunnen opleveren. Denk zo aan andere temperaturen of een hogere/lagere luchtvochtigheid.
Voer de dieren ten alle tijden apart van elkaar. Buiten het terrarium kun je dit doen in een plastic bak met luchtgaten. Na het terug zetten van de slangen, houdt ze altijd in de gaten of ze geen voer zoekend gedrag meer vertonen.
Terrarium
Een terrarium wordt vaak gezien als standaard huisvesting. Het terrarium zelf is vaak gebouwd van glas, kunststof of verschillende houtsoorten. De meeste standaard terraria hebben aan de voorkant twee glazen schuifruiten.
Voor een volwassen exemplaar heb je een terrarium van minimaal 100x50x50 cm nodig.
De bak moet groot genoeg zijn voor de slang om er gestrekt in te kunnen liggen. Vooral tijdens vervelling is dit erg gewenst. Voor pasgeboren slangen kun je beter een klein terrarium gebruiken omdat de jonge rattenslang zich niet op zijn gemak voelt in een te grote ruimte.
De rode rattenslang is een meester in ontsnappen. Het terrarium moet dan ook goed afgesloten kunnen worden. Tussen de schuifruitjes kan je een stuk karton schuiven, zodat ze niet tussen de ruitjes door kunnen ontsnappen. Zet het terrarium op een rustige, trilvrije plek en niet in de zon.
In het terrarium moeten verschillende temperatuurzones zijn, zodat de slang kan kiezen hoe warm hij wil zitten. Een slang heeft deze warmte(bron) nodig om zijn eten te kunnen verteren. Dit kun je doen met een warmtelamp of warmtemat of -kabel.
Sluit een warmtelamp of -kabel altijd op een thermostaat, om oververhitting te voorkomen.
De dagtemperatuur moet tussen de 24 graden aan de koude kant en 32 graden aan de warme kant liggen. 's Nachts mag de temperatuur zakken naar ongeveer
18 tot 22 graden.
Geef de slangen in de zomermaanden
12 tot 14 uur licht per dag. UV-verlichting is niet nodig, dit mag wel.
In de wintermaanden kun je zo'n 8 tot 10 uur licht per dag aanbieden.
Bodemmateriaal in het terrarium kan bestaan uit bark, cocopeat, een mengsel van tuinaarde en andere natuurlijke materialen. Er wordt ook gebruik gemaakt van lignocel, aspen of Back2Nature, dit is een samengeperste papierkorrel.
Terrarium van 155(l)x50(b)x70(h)cm
Een grote klim tak mag ook niet ontbreken in het terrarium. Hoewel deze dieren voornamelijk op de grond leven kunnen ze uitstekend klimmen en zullen dat ook doen als die kans gegeven wordt.
Het terrarium kan opgevrolijkt worden met wat planten. Plastic planten zijn het makkelijkste schoon te houden. Echte planten mogen ook gebruikt worden, wel zullen deze uitgegraven worden of kapot gaan.
Een waterbak moet altijd aanwezig zijn.
Verschoon het water een paar keer per week.
Rack
Een rack systeem bestaat uit meerdere verdiepingen waarin schuiflades worden geschoven. Vaak wordt het gebruikt voor de opgroeide dieren, maat van de lade afhankelijk van de grootte en leeftijd van het dier. Ook volwassen dieren kunnen hierin gehuisvest worden, uit de praktijk blijkt dat veel dieren goed gedijen in de racks, sommige slangen doen het zelfs beter dan dat ze in terrarium zitten.
Het is goed hygiënisch schoon te houden en het klimaat wordt goed gereguleerd door een thermostaat. Wel is het zo dat de minimale afmetingen afwijken van de minimale terrarium afmetingen.
Braplast 1.3L
18,5(d)x12,5(b)x7,5(h)cm.
Braplast 3L
24,5(d)x18,5(b)x7,5(h)cm.
Junioren rack
38(d)x28(b)x14(h)cm.
Subadult rack
58(d)x38(b)x18(h)cm.
Volwassen rack
55(d)x78(b)x18(h)cm.
Huisvesting jonge dieren
Jonge dieren willen vaak goed verstopt kunnen zitten. Zorg dan ook voor een goed gevulde huisvesting. Of dit nu in een (tijdelijk) rack is of in een terrarium. Daarmee wordt specifiek bedoeld, veel schuilplaatsen en veel beschutting om van het ene plekje naar het andere plekje te gaan.
Wat naast de goede beschutting erg belangrijk is, is veel rust geven. In het begin is veel vast houden niet verstandig. Ook al is dat erg leuk als je net nieuw diertje heb aangeschaft. Vaak zijn de dieren rond de 6 maanden oud of zelfs jonger, en ze kunnen nog niet veel stress hebben. Krijgen ze stress wil dit vaak betekenen dat ze stoppen met eten, hun eten weer opbraken of zo veel verstoppen dat je ze nooit op onderzoek uit ziet gaan.
Zorg er voor dat als ze gegeten hebben, je ze niet gaat vasthouden. Vasthouden om te verplaatsen vanuit de voerbak naar de huisvesting is geen probleem. Het duurt ongeveer 3-4 dagen om hun prooi te verteren. Na deze wachtperiode kan je ze vast houden, ongeveer 15 minuten per keer. Dit is omdat de temperatuur in het terrarium vaak rond de 28 graden zit. De woonkamer is daarin tegen rond de 20.
Naarmate ze ouder worden, is de tussenperiode van het voeren langer, daardoor heb je ook meer tijd om ze vast te houden voordat ze weer gevoerd moeten worden.
De maat van een terrarium, voor een diertje tot ongeveer 6 maanden oud. Kun je het beste iets van 60x40x40cm nemen. De maten van het terrarium mogen uiteraard iets afwijken. Deze ruimte is vaak groot genoeg om rustig te kunnen wennen. Meestal komen de jonge dieren uit een rack systeem, vanuit de kweker omdat ze daarin vaak het beste eten en groeien nadat ze uit hun ei komen.
De meest gekozen materialen voor een terrarium zijn glas, betonplex of osb, de keuze hierin is reuze.
Bij gebruik van een warmte lamp, adviseer ik om de bevestigingsranden goed af te sluiten. Bijvoorbeeld door deze af te kitten, het gebeurd nog wel eens dat een jong slangetje het toch voor elkaar krijgt om binnenin de lampenkorf terecht te komen, met alle gevolgen van dien.
Verzorgen en Hanteren
In het terrarium kan je verschillende soorten bodembedekking gebruiken. Elke eigenaar kan hierin zijn of haar eigen voorkeur hebben. Hiernaast zie je enkele voorbeelden van de meest gebruikte bodem bedekkingen soorten. Bij elk soort kan er schimmel vorming ontwikkelen, dit is een natuurlijk proces door onder andere vochtigheid, ontlasting en vervuiling die voorkomt in het terrarium.
Het terrarium kan daardoor een aantal keer per jaar helemaal schoongemaakt worden. Wekelijks kun je controleren op uitwerpselen
en deze dan verwijderen, dit noem je clean-spotten.
Controleer ook dagelijks de temperatuur, zowel in het warme als in het koudere gedeelte. Door de slang regelmatig te observeren, herken je bijtijds onregelmatigheden op bijvoorbeeld een vervelling, opbraken, etc.
Bioactief terrarium
Als je gebruik maakt van een bio-bak, vind je minder uitwerpselen of vervellingen. Door het ecosysteem van springstaartjes, pissebedden en andere opruimertjes wordt het grotendeels vanzelf opgeruimd.
Als bodembedekking wordt vaak een fijne, grove of mix van cocovezel gebruikt. Er wordt hiervan vaak een redelijk dikke laag gebruikt, denk dan aan ruim 5 tot 15 cm. Voor de rode rattenslang is dit vaak heerlijk om in te graven, vaak nog prettiger dan een alternatieve bodembedekking.
Waar in een ''gewoon'' terrarium vaak plastic ornamenten en verblijf- plaatsen gebruikt worden. Is het in een bio terrarium vaak nog natuurlijker om gebruik te maken van verschillende soorten schors, kurk of andere natuurlijke materialen. Ook kun je indien gewenst gebruik maken van echte planten, denk dan aan bromelia's, hedria soorten en bijvoorbeeld een spathiphyllum. Daar krijgt het een natuurlijkere uit-
straling door, maar ook geef je de opruimploeg een betere leefomgeving. Zij zorgen voornamelijk voor de rommel in je terrarium zoals schimmel, ontlasting en vervellingen. Extra voordeel hierdoor is dat je zelf minder hoeft schoon te maken. Maar vergeet niet om je opruimploeg tevreden te houden, geeft ze daarom regelmatig wat voeding en calcium,
lees hier meer over op:
Back-2-Nature Fijn Cocovezel
Lignocel Grof Cocovezel
Springstaartjes en diverse soorten pissenbedden
Terrarium 100x60x55 cm
Vervellen en nog meer
Zoals de meeste reptielen, vervellen slangen ook. Ze doen dit doordat ze groter groeien, om gezondheidsredenen of door de hormonen.
De slang zal zich vaak terug trekken op een plek waar hij rustig een aantal dagen kan liggen. Hier zal hij van kleur veranderen, waarvan veel gedacht wordt dat dat zijn vervelling is. De huid wordt dof en de ogen krijgen een melkachtige kleur. Er komt namelijk een vloeistof tussen de oude en nieuwe huid, die ervoor zorgt dat de oude huid los komt.
Na een paar dagen trekt dit weer weg en zal de slang zijn eigen kleur terug krijgen. Dan kan het tot wel een paar dagen duren voordat de slang daadwerkelijk verveld en zijn vel achter zich laat.
Zodra de slang zijn vervelling eraf wilt krijgen zal hij met zijn neus en kin tegen oppervlaktes blijven wrijven tot hij voelt dat de vervelling eraf schuift. Met zijn kop zal die deze bewegingen blijven doen tot dat ook de ogen mee vervelt zijn. Daarna zal die kruipend zijn oude huid afwerpen. Sommige slangen maken de meeste gekke parcours tijdens het uittrekken van de oude huid, ze kunnen echt kriscross door hun verblijf gaan
Om de slang een beetje te helpen tijdens zijn vervellingsperiode, biedt je hem rust.
Ga hem dan niet onnodig hanteren. Ze zien slechter met hun doffere ogen, dus dit kan stress veroorzaken. Biedt ze een plek aan die wat vochtiger is in het verblijf, vaak vinden ze dit prettig tijdens hun vervelling. Indien gewenst kunnen ze dan gebruik maken van die plek. Je kunt hiervoor hele mooie mos schuilpplaatsen voor aanschaffen. Mocht het tijd worden om te voeren, sla dan gewoon een beurt over of wacht tot na de vervelling. Eten tijdens hun vervelling kan goed gaan, maar kan ook ervoor zorgen dat de slang zijn prooi weer uitspuugt. Dit zorgt dan voor stress maar ook voor een geïrriteerde maag en slokdarm.
Het kan voorkomen dat ondanks alle goede zorg dat de vervelling er niet goed af komt. Deze gescheurde vervelling zul je dan nog moeten verwijderen, anders zal de slang hier last van krijgen. Als een vervelling blijft zitten kan dit zorgen voor een soort verstikking van de schubben eronder. In de ergste gevallen kan het gaan afsterven eronder, dit gebeurt nooit binnen enkele dagen maar zal eerder weken tijd in beslag nemen. Zodra je je slang dus hebt zien vervellen, controleer dan de vervelling op de volgende complete stukken. Zijn de oogkapjes mee verveld, is het puntje van de staart meegekomen en daartussenin controleer je of de vervelling incompleet is.
In het geval dat er een stuk vervelling achter gebleven is op de slang, probeer dan eerst de slang door een warme vochtige handdoek of twee washandjes heen laten bewegen net zo lang tot de restjes van de vervelling eraf gekomen zijn. In het geval dat de oogkapjes er niet afgekomen zijn, zal er wat meer handigheid aan de pas moeten komen. Ook met bijvoorbeeld een vochtige washand, maak je aaiende bewegingen van voor naar achter, van neuspunt richting de nek over het oog heen. Doe dit voorzichtig, want anders kun je het oog beschadigen. Gebruik dan ook geen pincet of iets scherps.
Bij het puntje van de staart kun je ook weer werken met een natte washand of doek, waarbij je van het lichaam naar de staart toe beweegt. De slang goed vasthoudt en met wat lichte druk telkens dezelfde beweging maakt naar het puntje van de staart totdat de vervelling loskomt. Controleer of de hele staart punt meekomt.
Mocht het er niet goed af willen komen, kun je het proberen met vochtige handen, met je vingers heb je iets meer grip waardoor het soms gemakkelijker eraf komt.
Het allerleukste is natuurlijk je slang ''betrappen'' op het daadwerkelijk uittrekken van zijn oude huid. Meestal doen ze dit als de lampen alweer uit staan. Veel kijk plezier!
Hanteren, hoe en in welke stappen
Sommige rattenslangen lijken soms om aandacht te vragen en er geen probleem van maken om vastgehouden te worden. Het is niet erg goed voor de gezondheid van de slang om constante temperatuur wisselingen te ondergaan. Van ongeveer 30 graden in het terrarium naar 18 graden in de huiskamer is een flink verschil!
Wil je toch graag de slang hanteren, houdt dan het temperatuur verschil in gedachte en beperk het vasthouden tot maximaal een half uur. Uiteraard is dit een indicatie, zomer en winter temperaturen zijn hierin een verschil tot betrekking van de duur van het vasthouden.
Laat je rattenslang nooit los door je huis kruipen, op de vloer tocht het altijd een klein beetje. Dit kan zorgen voor gezondheidsproblemen, een longontsteking is hier een voorbeeld van. Daarnaast kunnen de dieren erg snel zijn en onder een kast of ander meubilair verdwijnen voordat je er erg in hebt.
Contact met andere huisdieren zoals honden en katten wordt zeer afgeraden.
Bij het hanteren van de slang, ondersteun je het dier zoveel mogelijk. Til een slang nooit aan de nek of staart op!
Jonge dieren kunnen wat schik achtig reageren, wen ze dus op jonge leeftijd aan om gehanteerd te worden. Omdat jongere dieren anders zullen reageren dan oudere dieren, zorg je ervoor dat je het dier altijd ergens vast houdt. Als de slang nog erg jong is, is het net een spaghettisliert die weg probeert te komen. Dit doen ze om op onderzoek uit te gaan of om weg te komen. Advies met vasthouden is dan ook om ergens, halverwege het lichaam, altijd lichte druk uit te oefenen met vasthouden. Simpelweg door bijvoorbeeld twee vingers tegen elkaar aan te houden, terwijl het lichaam van de slang ertussen geklemd wordt.
Naarmate de slang groter wordt, lijkt het vasthouden gemakkelijker te gaan. Dit komt omdat er meer is om vast te houden, maar ook omdat beide aan elkaar gewend raken. Want zowel de eigenaar als de slang zullen gedurende periode meer aan elkaar wennen. Een volwassen slang zal, indien deze gewend is gehanteerd te worden, zichzelf vaak al vasthouden om te voorkomen dat ze vallen. Daardoor ondersteun je een oudere slang sneller dan dat je hem daadwerkelijk vasthoudt. In beide gevallen, jong of oud, geef de slang de ruimte om te ontdekken en bewegen. Op het moment dat je doelbewust probeert te forceren met vasthouden, bijvoorbeeld door de slang op z'n plek te willen houden, zal er meer geprobeerd worden om weg te komen en te ontsnappen.
Rode rattenslangen bijten zelden.
Bij een beet is het verstandig de hand niet
terug te trekken, maar te wachten tot de
slang los laat. Als een rode rattenslang bijt
lijkt dit meestal op een kleine schaafwond.
Deze hoeft achteraf alleen maar ontsmet
te worden.
Hanteren van een jong dier
Hanteren van een volwassen exemplaar
Ontsnapt! Wat nu?
Voor de meeste eigenaren en/of huisgenoten is dit een van de ergste dingen die je kunnen over komen. Er wordt dan ook vaak op een aantal manieren hierop gereageerd: 1) Oh neeeeee. 2) Niet weer he. 3) Ach die vind ik wel!
Het beste stappenplan wat je in gedachte kunt houden is:
1) Weet je zeker dat het dier niet meer in z'n verblijf zit. Dit kun je nagaan door te kijken of de deurtjes volledige gesloten zijn, of er een kier tussen de schuif ruiten of verblijf zit. Of op elk andere manier waardoor het dier eruit gekomen kan zijn, denk aan openingen waar bijvoorbeeld het lichtsnoer bevestigd is.
2) Zoek in het verblijf. Als je echt zeker (denkt te) weten dat het dier dan nog in het verblijf zit. Ga dan rustig een voor een alle ornamenten en toebehorende uit het verblijf halen. Elke keer als je iets uit het verblijf haalt, bekijk dit dan goed voordat je het weg zet ze kunnen echt heel goed wegkruipen in ornamenten of takken/stronken. Het zou wat zijn als je iets verplaatst uit het verblijf en daardoor juist de slang laat ontsnappen. Woel goed door de bodem heen, eventueel met behulp van een emmer en blik, schep je alles eruit. Zit je slang in de bodem verstopt, en schep je deze weg, komt die vaak direct tevoorschijn. Slang gevonden, dan kun je nu weer gerust ademhalen. Nog niet gevonden, dan is hij vermoedelijk toch ontsnapt door een kier of een keer niet goed afgesloten schuifruitjes.
3) Zoek buiten het verblijf. Dit lijkt vaak een onbegonnen klus, maar wees gerust ruim 95% van de slangen wordt weer terug gevonden. Er zijn een paar dingen die belangrijk zijn, ten eerste weet je niet of je de slang vandaag, over een week of over een maand terug gaat vinden. Om te voorkomen dat ontmoedigd raakt, bekijk eerst de ruimte waar het dier is ontsnapt. Staan er ramen en deuren open, sluit deze dan. In de winter is het gemakkelijker de ramen gesloten te houden, maar ook in de zomer laat ze even dicht tot je de slang weer gevonden hebt. Buiten je slang vinden is wel onbegonnen werk. Is je deur afgesloten, kijk dan of de slang kan ontsnappen onder de dichte deur door. Gaat het om een jong slangetje, dan is ruimte voor je pinknagel al genoeg om te ontsnappen naar de rest van de woning. Barricadeer de deur dan door er een handdoek goed stevig tegen aan te leggen of zelfs af te plakken met een stuk karton, let er wel op dat de slang niet vast blijft plakken aan het plakband.
Nu kun je in de ruimte gaan zoeken waar het verblijf staat. Zoek eerst zo dichtbij mogelijk bij het terrarium, vaak gaan ze niet ver weg. Bedenk plekjes waar de slang opgerold op/achter/naast/onder kan liggen. Heel simpel om mee te beginnen: op het terrarium, achter het terrarium (denk aan hangen aan/in de kabels), naast het terrarium (kast, plank, richel of iets dergelijks). Onder het terrarium kun je op meerdere manieren bekijken, als je verblijf op ''balkjes'' ligt in verband met een warmte mat, dan zal je er onder moeten kijken (is je terrarium van glas kun je simpel weg kijken door de bodembedekking weg te schuiven en door het terrarium heen op de kast te kijken). Anders kun je dit doen met een zaklamp en/of camera, of je zult het hele verblijf van z'n plaats moeten halen. Maar onder je terrarium kijken wordt ook bedoeld met de kast waarop hij staat, ze kunnen namelijk op een andere plank, in een mandje of op een andere manier eronder kijken.
4) De ruimte eromheen. Ga nu stuk voor stuk verder van het verblijf af zoeken, en haal van alles van z'n plek wat verplaatst kan worden. Slangen kunnen zich op de gekste plekken verstoppen. Plekken waar je onder andere kunt kijken zijn, tussen de verwarming in, aan verwarmingsbuizen, tussen kabels en snoeren, tussen/achter raamdecoratie. In kasten, mandjes, op planken, tussen/onder/achter boeken. In schoenen, tussen de was(mand), alles mag ''onderste boven'' getrokken worden.
5) Blijf rustig. Als je bedenkt dat de meeste slangen terug gevonden worden, is dit zeker niet altijd op dezelfde dag dat je er achter gekomen bent dat je slang is ontsnapt. Hierdoor houdt je het hoofd koel en vindt je hem vaak sneller en op de meest onlogische plekken die je maar bedenken kunt. Heb je alles bekeken en verplaatst op de kamer waarin de slang is ontsnapt. Stop dan met zoeken, door gaan kan ook ontmoedigend werken.
6) Blijf alert en zoek opnieuw.
Het zal niet de eerste keer zijn dat je de slang terug vind op juist die plek waar je al drie keer gekeken hebt. Dit komt simpel weg doordat rattenslangen erg nieuwsgierig zijn en op onderzoek uit gaan. Maar vaak weer terug gaan of in de buurt van waar ze vandaan gekomen zijn. Dit komt omdat vaak het verblijf van de slang de warmste plek van de kamer is, wat uiteindelijk de meest prettige plek is voor de slang.
7) Voorkom dat het nogmaals gebeurt.
Dit kan soms heel makkelijk zijn, voorkom dat het deurtje nogmaals op een kier staat, gebruik bijvoorbeeld een wig tussen de ruiten in. Of controleer beter elke keer of je de ruiten/verblijf echt wel goed dicht geschoven hebt. Slangen hebben echt maar een smal kiertje nodig om tussendoor te ontsnappen.
Los het probleem op als er een andere reden is
waardoor de slang is ontsnapt, blijf door een
gat af te dichten van het verblijf.
8) Extra tips.
- Blijf het verblijf verwarmen, ook als je de slang
na langere tijd nog niet hebt terug gevonden.
De kans is groot dat de slang terug gaat naar/
in de buurt van het verwarmde verblijf.
- Maak je niet druk over, dat hij nu niet gevoerd
kan worden, dit ga je weer doen zodra je de
slang gevonden hebt.
- Laat zo min mogelijk dingen op de vloer rond
slingeren, zo kun je sneller opmerken of de
slang ergens tussen verstopt ligt of niet.
- Let op het gedrag van je andere huisdieren,
denk aan een kat/hond. Deze kan de slang
bezeren, want het is uiteraard een heel
interessant iets zodra het opgemerkt wordt.
Maar ze kunnen je dus ook helpen door de
slang te vinden. Stel de kat blijft loeren onder
de kast, de slang kan zomaar eronder verstopt
liggen.
- Is het langere tijd geleden dat je slang gegeten
heeft, maak een val met een ontdooide prooi
erin. Dit kan vaak al door een plastic fles met
de prooi erin tegen een muur of de zijkant van
een kast aan te leggen.
- Let op het vinden van ontlasting, zo weet je
in welke ruimte de slang is (geweest).
Vakantie-periode
Meest gestelde vraag betreft vakantie periode is, wat doe ik met m’n slang.
Nou dat is geheel afhankelijk van hoe lang je weg blijft. En hoe oud de slang is.
Om eerst te beginnen over de leeftijd van de slang, jonge dieren worden vaker gevoerd dan oudere dieren. Simpelweg omdat ze nog in de groei zijn, volwassenen hebben voer alleen nodig als onderhoud in levensbehoefte. Een jong slangetje, leeftijd tussen 6 maanden tot 1,5 jaar, kan gemakkelijk 3 weken zonder voeding. Wel is dit voor een slangetje van 6 maanden oud, iets langer dan gemiddeld. Dus probeer het niet langer dan dat zonder voedsel aan te bieden.
Een oudere slang, leeftijd tussen 1,5 jaar en volwassen, kan gemakkelijk 3 weken of langer zonder voedsel aangeboden te krijgen.
In beide gevallen (jong of oud) is het belangrijk dat de slang warmte en water tot z’n beschikking heeft. De warmtebron kun je op een tijdschakelaar of thermostaat aansluiten. Het water kan eenmaal per week verschoond worden, indien dit niet mogelijk is omdat de oppas het eng vindt. Zul je een alternatief moeten vinden voor je slang als je langer dan 2 weken weg bent. Slangen kunnen een geruime tijd zonder (schoon) water, maar ook hier is een maximum aan verbonden. Want je zult altijd zien dat net op het moment dat je op vakantie bent, de slang besluit in z’n behoefte in de waterbak te doen, dat is dan niet zo hygiënisch meer om uit te moeten drinken.
Mocht je vakantie voor een langere periode zijn, dan is het mogelijk om de slang bijvoorbeeld tijdelijk in een plastic curver te huisvesten.
En de slang dan te verhuizen naar iemand die wel voor je slang kan zorgen. Hierin kun je in al zijn basis behoeften voorzien, diverse schuilplaatsen, waterbak en wat plastic planten ter beschutting. De curver moet dan verwarmt worden door een warmtemat aangesloten op een thermostaat. De warmte mat moet dan onder de curver geplaatst worden, over 1/3e van de bodem. Afhankelijk van de vakantieperiode kun je dan ook overleggen om de slang te voeren. Dit mag op het normale schema, maar iets meer tijd tussen elke voeding in is ook zeker geen probleem.
Verhuizen en transport
Als je rode rattenslang wilt vervoeren, zorg dan dat ze minimaal een week geleden hebben gegeten. Dit om te voorkomen dat ze hun voedsel opbraken, dat kan allerlei vervelende problemen geven. Daarover kun je meer lezen onder het kopje voeding hierna. Uiteraard kunnen ze tijdens hun vervoer nog wel ontlasten, dit omdat een reptiel langer ontlasting in zijn darmen kan houden dan andere dieren. Bijvoorbeeld om roofdieren op een verkeerd spoor te zetten, door geen ontlasting achter te laten.
De reden om je slang te vervoeren kunnen zijn, verhuizing, bezoek aan een specialist of transport naar een beurs of evenement.
Reptielen kunnen het beste zo min mogelijk ruimte hebben in hun transport middel.
Dit is als reden dat ze daardoor minder heen en weer geschoven kunnen worden,
wat stress op zal leveren. Als het gaat om een jong dier is een zogenoemd
bami bakje vaak een goed transportmiddel. Ook braplast bakken 1.3L en 3L
worden veel gebruikt om reptielen in te vervoeren. Voorzie deze bakjes altijd van
zuurstof gaatjes. Worden dieren te groot of te sterk om in zo'n bakje te verplaatsen,
denk dan aan rode rattenslangen ouder dan 2 jaar. Dan is het een hele handige
optie om deze dieren in plaats daarvan in een kussensloop te vervoeren.
In alle gevallen, ongeacht de buitentemperatuur zal er gebruik gemaakt moeten
worden van een tempex (piepschuim)box, dit voorkomt grote temperatuur-
schommelingen, waar juist reptielen geen baat bij zullen hebben.
De slang(-en) zal dus in zijn eigen transportbakje in een tempex box vervoerd
worden. Vervoer je het dier een geruime tijd of zal het langer dan een paar uur
uit de warmte blijven, kies er dan voor om een heatpack in de tempex box mee te
vervoeren. Voor kort transport wordt er ook wel eens een fles heet (niet gekookt!) water gebruikt. Let erop dat de slang zich niet kan branden aan het heatpack. Tegen het schuiven van de transportbak kan er gebruik gemaakt worden van een handdoek of krantenproppen. Zodra de slang weer terug thuis is, geef het dier dan even de tijd om weer aan zijn omgeving te wennen.
Het is niet erg om door het transport één of in sommige gevallen twee voedingen over te slaan. Vaak geeft dit minder problemen dan gelijk weer een prooidier aan te bieden. In de meeste gevallen kunnen ze toch eten, maar door de stress na een paar dagen het voedsel alsnog opbraken.
Bami bakje met lignocel
Heatpack
Kussensloop open en dicht geknoopt
Gevaren in en rondom huis
Hier volgen een paar voorbeelden van alledaagse dingen in/om huis welke een gevaar kunnen vormen voor je slang. Niet elk genoemd voorwerp hoeft daadwerkelijk een levensgevaarlijk gevaar te zijn, maar wees je bewust ervan dat dit een mogelijkheid is.
- Geurstokjes, kaarsen, waxmelts:
Deze heerlijke accessoires voor in de woning kunnen een bepaalde geur verspreiden welke op de longen kunnen slaan van je slang. Dit zal niet gebeuren als je af en toe eens, of zelfs dagelijks een geurtje aansteekt. Waar voornamelijk het gevaar is als er meerdere soorten en vaak voor langere tijd gebruik gemaakt wordt van dit soort accessoires. Vaak is het lastig om te zeggen wanneer je er dan te veel gebruik van maakt. Je zou naar een andere kamer kunnen lopen welke niet in open contact staat met de ruimte waarin de geurtjes aan staan en verblijf daar enkele ogenblikken. Keer terug naar de desbetreffende ruimte en bepaal of de lucht van de accessoires te overweldigend is als je de ruimte opnieuw betreedt. Indien gewenst is het mogelijk om minder vaak of in mindere hoeveelheid gebruik te maken van de accessoires. Mocht het verblijf niet in de zelfde ruimte staan als waar de luchtjes aangestoken wordt, dan is de kans vele malen kleiner dat je slang last heeft van deze geuren. Blijf je woning ook voldoende ventileren voor schone luchttoevoer.
- Nicotine en tabak:
Zullen veel meer in gebruik genomen worden dan het voorbeeld van hierboven, wees hier dan ook meer bewust van de schadelijke stoffen die je verspreid in je woning en daarbij je dieren en huisgenoten aan blootstelt. De makkelijkste oplossing hiervoor is simpelweg niet in de woning en/of ruimte waarin je slang verblijft te roken om zo blootstelling te verminderen of zelfs te voorkomen.
- Koken en dergelijke gassen:
Over het algemeen zal je niet snel een slang gehuisvest zien in een keuken, waardoor de kans tot schadelijk stoffen vanuit de keuken erg klein zijn. Maar toch is het even belangrijk om te benoemen. Schadelijke stoffen tijdens het koken kunnen komen door de anti-aanbak laag van je potten en pannen, bijvoorbeeld tijdens het maken van koekjes of een langgarend gerecht. Denk ook aan je ventilatie nadat er iets is aangebrand in de keuken, of als er besloten wordt om te gourmetten in de woning. In het geval van het laatste voorbeeld, zou de slang tijdelijk in een andere ruimte gehuisvest kunnen worden. Dit scheelt aanzienlijk voor je slang en je kunt met gerust hart dan genieten van een gezellige avond. Nadat de lucht weggetrokken is na ventilatie kan de slang weer terug gehuisvest worden.
- Schoonmaakmiddelen, onkruid/insecten verdelgers:
Kunnen schadelijk zijn als de bovengenoemde middelen overmatig of in onjuiste situaties gebruikt worden. Gebruik van deze middelen in de woning zullen niet direct schadelijk zijn, maar in overmatig gebruik zullen ze nog wel een schadelijke lucht kunnen verspreiden. Wees daarom bewust van de hoeveelheid schoonmaakmiddel tijdens je gebruik hiervan. In het verblijf van je slang maak je schoon met deze middelen als het tijd is voor de zogenoemde grote schoonmaak. Zorg dan dat je slang in een tijdelijke curver is gehuisvest, waardoor je de slang niet blootstelt aan de chemische dampen van deze middelen. Zo hoef je ook niet bang te zijn voor een ontsnappingspoging van de slang. Je kunt het gehele verblijf schoonmaken zoals gewenst is, maar laat deze na afloop ook even goed ventileren zodat de slang geen dampen meer hoeft in te ademen zodat deze is terug geplaatst in zijn vernieuwde verblijf. Verdelers worden sneller gebruik in/om huis, maar niet in het verblijf van de slang, toch even erbij stil staan dat het in feite een soort gif is. Daardoor alleen al zou de waarschuwing hiervoor al voldoende moeten zijn.
- Cosmetische producten zoals parfums, deodorant, make-up:
Dit zijn mooie voorbeelden van luchtjes die als hinderlijk beschouwt kunnen worden, maar snel worden vergeten. Vaak zijn deze geuren kort maar krachtig aanwezig, dus daardoor kunnen ze ook al heftiger ervaart worden. Voorkom daarom het gebruik van deze cosmetica in de buurt van je slang. Na gebruik zwakt de geur vaak af en zal het als minder heftig worden ervaren.
- Tocht:
Als het verblijf op een plek staat waar meer of constant tocht is, dan zal dit zorgen voor een afkoeling van je verblijf. Dit is dan om meerdere redenen vervelend: je zult meer warmte verliezen waardoor je temperatuur schommelt. Dit zul je merken in je stroom verbruik, want om een stabielere of warmere temperatuur in het verblijf te kunnen waarborgen voor je slang zul je een hogere wattage lamp moeten gebruiken. Tevens kan het gezondheidsproblemen zorgen. Denk dan aan te koud verblijf waardoor onder andere voedsel niet goed verteert kan worden, met gevolg van het opbraken van voedsel. Of zelfs in extreme gevallen door te veel tocht, het krijgen van een longontsteking. Blijf uiteraard wel voldoende ventileren in je woning.
- Gaten, plinten, ontsnapping via de muur:
Deze waarschuwing zal voornamelijk van toepassing als je je slang vrij in de ruimte laat rond kruipen. Ten eerste doe dit niet want tocht is het meeste aanwezig op de vloer, wat de kans op afkoeling en een longontsteking vele malen groter maakt. Maar ook omdat als je de slang op eigen ontdekking in de woning/ruimte laat gaan, de kans op ontsnapping enorm groot is. Gevaren zoals ontsnappen via kabelgoten, verstoppen achter plinten of in ergere gevallen verdwijnen in een muur. Zullen reden genoeg moeten zijn om je geliefde slang niet kwijt te willen raken.
- Trillingen, muziek:
Zo van tijd tot tijd de muziek en/of tv wat harder hebben staan zal zeker niet tot problemen leiden. Maar wees wel bewust ervan dat ondanks dat je slang geen oren heeft, hij erg goed trillingen kan waarnemen. Staat het verblijf dichtbij een box of zelfs erop/omheen geplaatst, bedenk dan even of je het zelf fijn zal vinden om regelmatig op een trilplaat te verblijven. Dit kan namelijk afwijkend gedrag veroorzaken bij je slang zoals veel verstoppen, verandering van eetpatroon of zelfs vermageren door stress ondanks normale eet patroon.
Dit zijn maar enkele voorbeelden die gebruikt zijn die mogelijk tot betrekking voor je slang kunnen zijn, er zijn vast wel meerdere voorbeelden of gevaren te vinden. Op de volgende link is dan ook een algemene lijst te vinden voor alle soorten huisdieren. Deze kunnen namelijk ook tot betrekking tot je slang zijn in sommige gevallen.
www.licg.nl/vergiftiging-bij-huisdieren
Voeding
Alle slangen zijn carnivoor.
In gevangenschap kunnen rode rattenslangen hun gehele leven op een dieet van muizen leven.
Ter afwisseling kunnen andere voedseldieren gegeven worden, zoals hamsters, gerbils, eendagskuikens, kwartels en kleine ratten. Noodzakelijk is dit echter niet.
De prooi wordt gegrepen met de bek en gedood door verwurging. Ook bij een dood prooidier kunnen slangen gaan wurgen.
Jonge dieren, tot 1 jaar, kunnen het beste elke 7 dagen een prooidier aangeboden krijgen. Naarmate de slang groeit, ga je over op steeds iets grotere muizen en verlaag je de voerfrequentie. Eerst kun je om de 7 á 10 dagen een prooidier aanbieden. Volwassen dieren mogen eens per 14 dagen aangeboden krijgen.
Kleine pinky 1-2 gr. Kleine springer 7-10 gr.
Pinky 2-4 gr. Groter springer 10-15 gr.
Kleine fuzzy 4-5 gr. Halfvolwassen 15-20 gr.
Fuzzy 5-6 gr. Volwassen 20-25 gr.
Grote fuzzy 6-7 gr. Volwassen XL 25-30 gr.
Muizen zijn voor de rattenslang een volledige maaltijd, je hoeft geen extra toevoegingen zoals calcium of vitaminen te geven.
Je kunt diepvries voedseldieren kopen bij een dierenspeciaalzaak, reptielenwinkel, online of op een reptielenbeurs.
Laat het prooidier goed ontdooien, niet in de oven of magnetron. Dit kan op kamertemperatuur of in warm water tot ongeveer 40 graden.
Zorg ervoor dat de binnenkant van het prooidier ook goed ontdooid is.
Als de slang niet direct wil eten, haal het prooidier dan na een paar uur weg. Je kunt een ontdooit prooidier niet opnieuw invriezen.
Biedt de slang gewoon de volgende voerbeurt weer een prooidier aan.
Sommige slangen eten niet tijdens of net voor een vervelling. Het is niet erg als ze een keer een voerbeurt overslaan.
Het aangeboden prooidier mag niet breder zijn, dan anderhalf keer het dikste deel van de slang.
Het voeren van een dode prooi heeft de voorkeur over het geven van levende prooidieren. Levende knaagdieren kunnen je slang levensgevaarlijk beschadigen. Voer je levend, laat dan je slang dan nooit alleen.
Let erop dat de slang na het voeren ongeveer drie dagen met rust gelaten wordt. Dit om te voorkomen dat ze hun prooi weer opbraken. Vooral jonge slangetjes kunnen hier gevoelig voor zijn.
Wanneer ga je groter voeren?
De maat prooi die je voert, is maximaal 1,5x de breedte van het dikste deel van de slang. Zodra je geen bobbel meer ziet direct na het voeren, dan is het bijna tijd voor een grotere maat. Blijf nog een keer of 5 voedingen deze maat voeren voordat je overstapt naar de volgende maat. En slang groeit op een rustig en gezonde manier zo'n 100gram per jaar. Een volwassen slang weegt ongeveer 350 tot 400 gram. Uitzonderingen daar gelaten. Sommige dieren zijn kort en stevig gebouwd, anderen zijn langer en slank gebouwd. Dit scheelt per individu.
Veelal worden huisdieren te veel gevoerd, ook rattenslangen. Dit wordt met verschillende redenen gedaan:
- Hij was al actief en op zoek naar voedsel:
Het is toch niet zo gek dat ook slangen gewoon in beweging zijn. Dit zal hij dan ook doen in z'n terrarium. Het is daarom ook leuk om af en toe wat nieuwe verrijking aan het terrarium toe te voegen.
.jpg)
- Jongere dieren krijgen vaker voedsel aangeboden dan volwassenen en dat schema is niet aangepast:
Lees hoe vaak je de slang voert tijdens welke leeftijd en periode in het vorige stuk tekst bovenin bij "voeding".
- Het is zielig als hij zo lang moet wachten:
Ze hebben een ander metabolisme, ze teren dus langer op hun voedsel en hoeven dus niet zo vaak gevoerd te worden.
Uitzonderingen zijn, dieren in de groei, dieren (voornamelijk eierlegende vrouwtjes) in kweekseizoen en dieren die aansterkend zijn.
- Rattenslang, krijgt vast rat vanwege de naam:
De Nederlandse benaming, Rode Rattenslang krijgt ondanks z'n naam voornamelijk alleen volwassen muizen als prooi. Uit deze prooi kunnen ze alle benodigdheden halen om te voorzien in hun levens behoefte. Uiteraard kan er afgewisseld worden met soorten prooien. Denk dan aan kuikens en ratten, zorg ervoor dat de prooi niet veel groter is dan een volwassen muis.
- Andere slangen gewent zoals ballpythons, dus wordt de bouw van het dier hierin vergist:
Deze rattenslangen zijn van bouw lange slanke dieren.
- Leuk om te voeren:
Als het niet vaker is dan normaal, dan is het altijd leuk om te laten zien aan anderen hoe je slang eet. Anders niet doen, je zorgt met deze extra voeding voor vervetting. Uiteraard geldt dit niet voor een enkele keer extra voeden. Houdt hierbij wel in gedachte, dat de slang niet te kort op elkaar gevoerd wordt. Hij moet het ook nog kunnen verteren, anders kun je veroorzaken dat ze gaan braken.
Winterrust
Het leefgebied van de rode rattenslang heeft te maken met seizoenswisselingen. Voor de gezondheid van de slang is een winterrust aan te raden. Tijdens een winterrust is het dier wel bij kennis, maar de lichaamsprocessen verlopen vertraagd.
De rode rattenslang kan in de wintermaanden, eind oktober tot eind januari, gehouden worden op een temperatuur van ongeveer 10 tot 15 graden. Bij deze temperatuur wordt het voedsel van de slang niet meer verteerd, zorg ervoor dat er geen voedsel of ontlasting meer aanwezig is in het spijsvertering van de slang.
Dit kan gedaan worden door een maand voor het afkoelen, de slang geen voedsel meer aan te bieden. Het dier zal nog een aantal keren kunnen ontlasten en is daarna ´´leeg´´.
Als de slang helemaal leeg is kan de brandduur van de verlichting verkort worden. Gedurende vier weken laat je de verlichting steeds korter branden, daarna kan de verlichting volledig uitgeschakeld worden. Het beste tijdstip om hiermee te beginnen is oktober/november zodat in december de winterrust kan beginnen.
Als er gebruik gemaakt wordt van een warmte lamp, kan er halverwege het verminderen van de lichturen, ook een warmtelamp met minder wattage ingedraaid worden. Dit helpt bij het zakken van de temperatuur.
Als er gebruik gemaakt wordt van een warmte mat, kun je per week ongeveer 1 á 2 graden zakken tot de gewenste temperatuur is behaald.
Als het in de kamer waar de slang gehuisvest staat te warm blijft, dan de temperatuur waarnaar je wilt zakken. Kun je ervoor kiezen om de slang in een plastic bak met luchtgaten, een dikke laag bodembedekking en een waterbak, in een andere ruimte plaatsen. De zolder, kelder of schuur kan hiervoor gebruikt worden. Controleer van te voren wel de temperatuur van deze ruimte, om te voorkomen dat de temperatuur te veel af wijkt.
Ververs wekelijks het water, je kunt dan ook even kijken de slang zelf. Laat hem wel zo veel mogelijk met rust, ga hem niet vasthouden, dit verstoord zijn ritme.
Zodra het tijd is om de slang uit de winterrust te halen, ga je langzaam de temperatuur weer hoger zetten tot de juiste temperatuur weer is behaald. Je mag hier ongeveer net zo lang over doen als het laten zakken van de temperatuur.
Zodra de temperatuur omhoog gaat zal de activiteit van de slang oom omhoog gaan. Biedt de slang pas weer een prooidier aan als deze volledig op temperatuur is gebracht.
De eerste voeding moet een kleine prooi zijn, ongeveer kwart grootte van wat de slang normaal zou krijgen. Dit omdat het spijsverteringsstelsel weken stil heeft gelegen. Na een week biedt je een prooi aan, ter grootte van de helft wat je normaal zou voeren. De week erna kun je weer op normaal voedingsgrootte gaan voeren.
Een gezonde slang die in winterrust gaat, zal niet veel in gewicht zijn afgevallen aan het einde van de winterrust.
Wel is het verstandig voordat ze in de winterrust gaan de slang te wegen, en erna ook. Zodat je het verschil kunt registreren.
Een winterrust heeft een goed stimulans op het paargedrag van de slangen.
Kweken
Rode rattenslangen hun paarseizoen is ongeveer februari tot april, uiteraard kan het zijn dat de slang ervoor en erna ook nog kweken zal.
Zorg ervoor dat je van te voren weet met welke slangen je wilt kweken en bedenk wat je doet met al die jonge slangetjes als je ze niet snel verkocht krijgt. Kun je ze allemaal huisvesten totdat ze verkocht zijn?
Zorg dat de volwassen dieren goed op gewicht zijn. Het gewicht van het vrouwtje is van het grootste belang aangezien zij de eieren zal moeten dragen.
Het minimale aangeraden gewicht voor een vrouwtje is 300 gram, afhankelijk van de bouw van het vrouwtje is 350 tot 400 gram toch meer wenselijk. De vrouw zal op een leeftijd van ongeveer 3 jaar of ouder zitten als zij op een rustig en verantwoorde manier is gegroeid.
Het gewicht van de man is niet zo heel erg van invloed op zijn prestaties. Mannetjes willen soms al vanaf 1 jaar oud paren, dan zijn ze vaak pas 100 gram groot. Het meest ideale is als de man minimaal 2 jaar oud is en op een minimaal gewicht van 150 gram zit.
In het begin van het seizoen zullen beide dieren vervellen, dit is een soort hormoon huishouding. Vaak willen ze voor deze vervelling nog niet paren, maar je hebt zo de uitzonderingen er tussen zitten.
Als je en succesvolle paring hebt gezien, mag je de dieren nog een aantal keren bij elkaar zetten. Soms paren ze nogmaals, maar eenmaal kan al voldoende zijn voor een mooi bevrucht legsel.
Ongeveer 40 tot 60 dagen na de verparing zal het vrouwtje nogmaals vervellen. Dit wordt de pre-shed genoemd, na 7 tot 14 dagen gemiddeld legt het vrouwtje haar eieren. Zorg er altijd voor dat zeker vanaf haar vervelling, liever eerder, het vrouwtje een warme en vochtige plek heeft om haar eieren in af te leggen. Deze plaats kun je de slang geven door een plastic bak met vermuciliet, perliet en/of spagnum aan te bieden. Het broedmateriaal moet vochtig zijn, niet nat.
Reptielen eieren hebben geen hagelsnoeren, zorg ervoor dat de eieren in dezelfde positie blijven liggen zoals ze gelegd zijn, anders sterft de embryo af.
De eieren worden daarna, in het broedmateriaal, in de broedstoof geplaatst. Deze staat ingesteld op een temperatuur tussen de 26 en 30 graden met een luchtvochtigheid van ongeveer 90 tot 100%.
De jonge slangetjes komen gemiddeld na 60 tot 90 dagen uit hun ei. Doormiddel van een eitand openen ze het zachte leerachtige ei. De slangetjes kunnen nog even blijven zitten nadat ze het ei hebben geopend, laat ze dan ook met rust totdat ze er zelfstandig uit kruipen.
De jonge slangetjes kun je het beste apart huisvesten, zo kun je ze beter observeren. Na hun eerste vervelling biedt je pas hun eerste pinky aan.
Geslachtsbepaling
Bij (jong-)volwassen dieren kan het geslacht bepaald worden door ze te sonderen. Dit laat je ten alle tijden alleen door ervaren mensen doen. Met deze methode wordt er een dunne botte naald (met een klein bolletje op de punt) via de cloaca naar binnen geschoven, richting de staart van de slang. Vaak wordt dit ook met wat glijmiddel of vaseline gedaan. Bij een vrouwtje zal de naald maar een aantal schubben diep naar binnen glijden, hoever is verschillend per slang. Bij een mannetje zal de naald bijna het dubbele aantal schubben naar binnen geschoven kunnen worden. Dit omdat de hemipenissen in de staart van het mannetje verborgen liggen.
Deze methode is wel 95-100% betrouwbaar.
Er is een methode welke ik heb aangeleerd als strijken, deze methode wil soms ook wel eens anders genoemd worden.
Hierbij wordt er een bepaalde druk op de staart van het dier gelegd met vaak twee of drie vingers. Dit is afhankelijk van de persoon en
van de grote van de slang. Dit wordt gedaan met wat vochtige handen om beter te kunnen glijden over de staart. Door druk op te bouwen vanaf de cloaca naar het uiteinde van de staart, zal er bij een mannelijke slang, een druk opgebouwd worden op de hemipenissen.
Je houdt de hemipenissen eigen vast als een elastiekje, eenmaal ''te ver'' het elastiekje te hebben uitgetrokken zal deze weer terug schieten. Je voelt dan onderhuids een soort van plop-plop, dit zijn beide hemipenissen welke terug in hun positie komen te liggen.
Bij vrouwen voel je dit niet, hun hebben een stevigere spiermassa onderhuids bij de staart. Doe je het niet goed, dan kan het zijn dat je een vrouw denkt te hebben, terwijl het een man is.
Deze methode is 80-100% betrouwbaar, afhankelijk van de ervaring van de persoon.
De meest voorkomende geslachtsbepaling bij jonge slangen is de handeling ''poppen''. Hiermee kun je zien of je slangetje een mannetje of vrouwtje is. Laat dit ten alle tijden doen door ervaren mensen. Doe je dit zelf en mogelijk verkeerd, kunnen er bacteriën mee terug naar binnen gaan. Je kunt door het verkeerd te doen, een verkeerd resultaat geven. Dan blijkt het achteraf toch een mannetje ipv een vrouwtje. Of je doet de slang daadwerkelijk pijn, je kan iets kneuzen of zelfs iets breken.
Komen er één of twee hemipenissen uit,
dan is het een mannetje. Dit is 100% betrouwbaar.
Als je het vrouwtje goed popt, kan je twee rode puntjes zien.
Dit is de plek waar de hemipenissen beginnen als het wel een mannetje geweest was. Dit is dan 100% betrouwbaar.
Komt er tijdens het ''poppen'' niks uit dan heb je voor 90% zeker een vrouwtje. Dit is niet volledig betrouwbaar, het mannetje kan namelijk ook zijn hemipenissen binnen houden.
Ziektes en aandoeningen
Uiteraard kan een rattenslang ook ziek worden, net als ieder ander dier.
Gezonde rattenslangen hebben een schone stevige huid zonder mijten, een schone cloaca, ze kijken helder uit de ogen en zijn alert. Slangen kunnen onder andere lijden aan schimmel- of bacteriële infecties, wormen, mondrot, slechte vervelling en legnood. Symptomen die kunnen wijzen op ziekte zijn bijvoorbeeld slecht eten, slecht vervellen, overtollig slijm in de bek, braken, afwijkende ontlasting of afwijkend gedrag. Raadpleeg bij twijfel altijd eerst je reptielen- en/of dierenarts in.
(Bloed- )Mijten
zijn kleine spinachtige diertjes, die het gemunt hebben op bloed en huiddelen van reptielen. Volwassen exemplaren zijn met het blote oog zichtbaar en zijn met name 's avonds actief.
Bloetmijt planten zich gemakkelijk voort en kan leiden tot bloedarmoede bij de gastheer. Zeker bij slangen komt een infectie veel voor en is vaak zichtbaar, doordat het dier lang in de waterbak gaat liggen. Dit is een natuurlijke manier om dan de mijten af te komen, door ze te verdrinken. Verder zijn er diverse methoden om ze te bestrijden. Een eenvoudig huismiddel is om de dieren met een plantaardige olie in te smeren, ze verstik je de mijt. Daarnaast zijn er bij de dierenarts of dierenspeciaalzaak ook middelen te koop die de mijten bestrijden, zoals frontline. Het werkende bestandsdeel 'Fipronil' zorgt ervoor dat de mijten overactief worden en daarna sterven. Let op: frontline is op basis van alcohol gemaakt en de dieren moeten tijdens de behandeling in een goed geventileerde ruimte worden ondergebracht, zoals een plastic bak.
Mijten zijn ook op meer natuurlijke manier te bestrijden. Het middel Finecto+ is een 100% natuurlijk en bevat geen gif. En je hebt de natuurlijke vijand van de mijt, de dutchy's, het inzetten van deze roofmijt is een zeer effectieve natuurlijke manier om mijt te voorkomen en te bestrijden. De dutchy leeft gemiddeld 6 weken en werken het beste op een temperatuur van 15 tot 28 graden.
Voor de behandeling is het belangrijk om het verblijf helemaal leeg te halen, schoon te maken en te desinfecteren. Daarna het verblijf sterieler inrichten tijdens de bestrijdingsperiode.
Mondrot of stomatitis
Is een infectie van de weke delen van de bek. Hieronder vallen het gehemelte, de tong en het tandvlees.
Het is zichtbaar als dikke afscheiding in de bek en mondhoeken, vaak wit of geel van kleur. Vaak ontstaat het door beschadigingen in de bek. Ook komt het voor dat bij infecties van de luchtwegen en/of spijsverteringskanaal slijm wordt opgehoest, dat rijk is aan bacteriën en een infectie volgt. Wanneer de mondrot niet behandeld wordt kan ook het kaakbot bij de infectie betrokken raken en zelfs breken.
Bij dit kleintje merkte ik dat z'n bekje niet goed dicht ding. Hij was hier ongeveer 2 weken oud, er zat een korstje in z'n gehemelte. Deze heb ik voorzichtig weg gehaald, en erachter zat een gat gevuld met pus. Dit had ik nog nooit eerder gezien, maar het leek wel een soort van op een open gehemelte.
Schubrot
Deze ziekte kan bij alle reptielen voorkomen, maar ziet er vaak per soort verschillend uit. Schubrot is eigenlijk een verzamelnaam voor oppervlakkige aandoeningen van de huid en schubben veroorzaakt door bacteriën of schimmels. Verkleuring van de huid is vaak de eerste indicatie, vervolgens kan de huid blaasjes vertonen, gevuld met vocht, pus of bloed. De blaasjes kunnen wonden worden die harde korsten vormen. In extreme gevallen is door de korstvorming geen optimale doorbloeding mogelijk van de huid en deze sterft af, daardoor kunnen zeer diepe open wonden ontstaan. De behandeling bestaat uit het toedienen van medicijnen tegen de ziekteverwekker, door middel van tabletten of injecties. Daarnaast moet je de huid plaatselijk insmeren met een antibiotica zalf of jodium. Voor de behandeling is het verstandig het verblijf leeg te halen, schoon te maken en te desinfecteren. Daarna het verblijft steriel inrichten tijdens de bestrijdingsperiode en het dier wat droger te houden.
Kink
Is een lichamelijk defect, het is een kleine vervorming in de ruggengraat. Er zijn verschillende redenen hoe dit kan ontstaan. De temperatuur van de broedstoof heeft te veel geschommeld, een ei met een afwijkende vorm waardoor het jong niet genoeg ruimte had om te groeien. Ook kan het kruisen van familie gerelateerd slangen de oorzaak zijn en in sommige gevallen is het een pech gevalletje.
Kinks worden nooit meer recht, het kan wel zijn dat je het van buiten niet meer ziet als het dier groter wordt. Dit komt omdat de slang spiermassa aanmaakt rondom de ruggengraat. Het is altijd onverstandig om met zo'n dier te kweken. In het geval van een mannetje wilt je niet dat hij eventueel een genetisch defect doorgeeft. En bij vrouwtjes kan het in de meeste gevallen tot legnood leiden.
Als het jong een goede eter is, geeft nooit te grote prooien omdat het anders niet langs de kink kan glijden, een mooi leven als huisdier hebben.
Stargazer
Is een neurologisch defect welke veel lichamelijke ongemakken heeft aan het dier. Over ''Stargazer'' kun je lezen in het daarvoor speciaal gemaakte kopje, bovenaan de pagina.
Hier een extreem geval van een kink, vaak zijn ze een stuk lastiger te zien. En voelen ze een beetje aan als een hobbeltje op de rug.
Aanschaf en kosten
Je kunt een rattenslang kopen bij een gespecialiseerde reptielenwinkel, bij kwekers of op beurzen. Kies voor een dier geboren in gevangenschap, een gekweekt dier, en niet voor wildvang dieren. In het wild gevangen dieren kunnen ziekten bij zich dragen en zijn niet gewend om in een terrarium te leven. Bovendien is er ruim voldoende aanbod van nakweek dieren.
Een volwassen rode rattenslang kost gemiddeld enkele tientallen euro's, pasgeboren en jonge dieren zijn wat goedkoper. Prijzen zijn onder andere afhankelijk van de leeftijd en de morph, kleurvariatie. Een terrarium kost al gauw meer dan honderd euro, exclusief inrichting, je kunt ook een tweedehands terrarium aanschaffen. Dan zijn ze vaak stukken goedkoper, let er wel dat je hem goed ontsmet, je weet nooit of er bacteriën of dergelijke in zijn blijven hangen. Nestmuisjes, ook wel pinky's, kosten minder dan een euro per stuk.
Daarnaast kunt je voor kosten komen te staan als je dier onverwachts ziek wordt. Zorg dat je een reptielen- of dierenarts in de buurt opzoekt die je kan helpen in momenten van nood.
Eerste aanschaf check-list
Daarin zitten altijd de grootste kosten, welke je zo uitgebreid kunt maken als je zelf wilt.
Denk daarbij dat alle basis behoeften van de slang daarbij in gedachte genomen moet worden.
O Terrarium
O Terrariumslotje
O Bodembekking
O Warmtelamp / Led lamp (voor meer verlichting)
O Warmtekabel / Warmtemat (vergeet dan niet om een thermostaat erop aan te sluiten!)
O Klimtakken / Druivenhout / Lianen / Kruk
O (Nep-) planten, wees hier niet te zuinig mee
O Schuilplaatsen, minimaal 3
O Waterbakje
O Indien gewenst achterwand
O Temperatuur meter (digitaal en/of vochtmeter indien gewenst)
O Voerbox / Voertang
O Notitieboekje voor voedingen, vervellingen, opgemerkte afwijkingen
O Tempexbox / Koeltas, denk aan een kussensloop of bak(je) waarin de slang past
Voordat je het nieuwe slangetje ophaalt, laat het verblijf enkele weken indraaien. Zodat je de temperaturen en luchtvochtigheid kunt
nameten voordat het diertje al in zijn nieuwe verblijf zit. Zo ben je op alles goed voorbereid.
Reptielenbenodigdheden bij Dani's Corns
Sinds kort kun je bij mij ook je benodigdheden aanschaffen voor je slang. Uiteraard is dit aanbod beperkt, want ik moet het ook nog kwijt kunnen in mijn slangenkamer. Als je een slang komt ophalen bij mij kun je ook leuke korting krijgen op de aanschaf hiervan.
Exo Terra warmtelampen (25w / 50w / 75w / 100w)
Grove cocopeat bodembedekking
Diverse nepplanten
Wilgenburg schuilplaats
Boomschors schuilplaats (S / M / L)
Boomschors leg/schuilplaats (S / M)
Exo Terra Spaghnummos
Los Spaghnummos (100gr / 250gr)
Tempexbox
Heatpack voor onderweg
Mocht je niet in de gelegenheid bij mij thuis een slang op te kunnen halen of is het te ver weg, de meeste spulletjes neem ik ook mee naar de beurs als ik daar sta met een tafel. Wil je zeker weten dat ik iets meeneem zodat je niet misgrijpt, stuur me dan een berichtje via deze pagina of een priveberichtje via messenger van Dani's Corns op facebook.
€ 9,45 / € 10,45 / € 12,45 / € 13,95
€ 3,69
€ 11,45 per soort
€ 6,95
€ 16,45 / 27,45 / 40,95
€ 19,95 / 29,95
€ 17,95
€ 3,99 / € 7,99
€ 5,00
€ 1,99
Dit is het einde van mijn caresheet, als je vragen hebt neem dan gerust contact met me op via mijn facebook pagina Dani's Corns of stuur me een berichtje via contact.
Bedankt voor het lezen ;)
